Wanneer moet de OR om instemming worden gevraagd?

De OR moet bij bepaalde besluiten om instemming worden gevraagd. Het instemmingsrecht heeft betrekking op voorgenomen besluiten inzake het sociaal beleid van de overneming, die niet door een cao worden geregeld. Hieronder vallen onder andere besluiten tot vaststelling, wijziging of intrekking van regelingen ten aanzien van:

  • werktijden en vakantie;
  • belonings- of functiewaarderingssystemen;
  • arbeidsomstandigheden, ziekteverzuim en re-integratiebeleid;
  • privacy en gebruik social media;
  • pensioen;
  • aanstellings-, ontslag- en bevorderingsbeleid;
  • personeelsopleiding of –beoordeling;
  • bedrijfsmaatschappelijk werk, werkoverleg, behandeling van klachten;
  • voorzieningen die gericht zijn of geschikt zijn voor waarneming van of controle op aanwezigheid, gedrag of prestaties van de in de onderneming werkzame personen (bijv. cameratoezicht);
  • procedure voor klokkenluiders.

Onderwerpen die al in een cao zijn geregeld of een individueel karakter hebben, vallen niet onder het instemmingsrecht.

De OR moet minimaal één keer vergaderen voordat er instemming kan worden gegeven. Na het overleg deelt de ondernemingsraad zo spoedig mogelijk schriftelijk zijn gemotiveerde beslissing aan de bestuurder mee.

Indien de OR geen instemming geeft, kan de bestuurder de rechter vragen om vervangende toestemming te geven.